Mijn handschrift is er één die uit duizenden te herkennen is. Een handschrift-lezer zal me aan de hand daarvan kunnen vertellen dat ik georganiseerd ben, rechtlijnig, duidelijk en weinig flexibel. Ik herken het allemaal, behalve het laatste, in die zin dat ik met maaltijden altijd in staat ben te improviseren en onverwacht eters te eten kan krijgen. Verder klopt het aardig.
Op de Havo heb ik geëxperimenteerd met mijn handschrift. Ik herinner me het bewust overnemen van de letter a van één van de populairdere meiden – ik behoorde tot de categorie populair, zij behoorde tot de categorie populair plus – en de letter e van één van mijn beste vriendinnen. De schrijfwijzen van hun letters heb ik niet behouden, ik heb me mijn eigen handschrift eigen gemaakt en ik ben er trots op!
Ik kan me herinneren dat mijn handschrift mijn moeder enige tijd stoorde. Zij vond het niet goed zichtbaar of ik d of een p schreef, omdat de stokjes naar boven en naar beneden in haar beleving te klein waren. Ze vitte op me om die reden. Ik snapte er werkelijk niets van. Los van het feit dat ik me afvroeg hoe iemand zich over zoiets kon storen, begreep ik niet waarom het haaaar stoorde, zij hoefde mijn huiswerk en repetities toch niet na te kijken? En van docenten kreeg ik iedere keer weer te horen dat ik zo netjes schreef, van de inhoud klopte weliswaar niets, maar als ze me een cijfer mochten geven voor mijn handschrift, dan kreeg ik een 10! Wat een contrast…
Zoals ik heb leren schrijven, aan elkaar met lus-letters, doe ik niet meer. Ik schrijf los. Maar de wijze waarop ik geleerd heb te schrijven, herinner ik me nog maar al te goed en staat gebrand op mijn harde schijf. Dat merk ik nu ik mijn zoon zie leren schrijven. Ik kan zijn lus-letters nog opdissen en produceren… en het is weer even onwennig als toen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten