03 mei 2012

De lege stoel - een zogenaamd interview met niemand minder dan koningin Beatrix

“Voorafgaand aan ons gesprek, wil ik u waarschuwen. Mocht u de vragen impertinent vinden, weet dan dat ik geen journalistieke opleiding achter de rug heb en slechts gedreven word door banale nieuwsgierigheid. Het staat u uiteraard vrij te zeggen dat u ergens geen antwoord op wilt geven. Oké.. daar gaan we. U zult begrijpen dat niet alleen ik, maar heel Nederland benieuwd is hoe het voor u was om dit jaar Koninginnedag te vieren?”

“Natuurlijk begrijp ik dat. Ik kan u zeggen dat het is zoals het voor iedereen is. Als er iets vreselijks gebeurt, dan slaat het in eerste instantie in als een bom. God heeft ons echter zo gecreëerd dat we de pijn en het verdriet niet in één keer kunnen toelaten, dat zou ons overmannen, ons uitschakelen zogezegd. Dus net als ieder mens heb ik slechte momenten en naarmate de tijd verstrijkt nemen de goede momenten toe. Het vieren van Koninginnedag hielp me om goede momenten te ervaren. Er was immers geen tijd om stil te staan bij mijn zoon Friso. Het programma zat strak en snel in elkaar en we vlogen van het één naar het ander. ’s Avonds, toen ik weer thuiskwam en de beelden op het NOS Journaal zag en de commentator hoorde zeggen dat het een lastige Koninginnedag voor me was, zag ik dat Friso en Mabel er niet bij waren. Overdag heb ik het eerlijk gezegd nauwelijks gemerkt. Stemt dit antwoord u tevreden?”

“Zo’n openhartig antwoord had ik niet verwacht, hare Majesteit. Dank u wel. Het maakt meteen dat ik u nu écht als een normaal mens beschouw. Ik vond het altijd al, maar nu voelt het ook echt zo. Regelmatig zeg ik hardop dat ook de koningin naar de wc moet en haar bips af moet vegen. Mijn moeder heeft wel eens gekscherend gezegd dat uw bips door een bediende wordt afgeveegd. Is dat waar?”

“Hahahahaha… vroeger was dat zeker het geval ja! Maar tegenwoordig bestaan er toiletten met een kraantje, een bidet noemen we dat. Als ik een grote boodschap moet doen, doet de bidet eerst haar werk, daarna is er voor mij niet veel werk meer over. Maar nee, het zou wat zijn zeg! Hahahahaha!”

“Nu we zo openlijk en vrij met elkaar zijn.. ben ik ook benieuwd of u het ooit wel eens zat bent geweest prinses of koningin te zijn?”

“Maar natuurlijk! Als kind had ik het niet zo door. Als kind leeft ieder kind in het keurslijf van zijn ouders, dus ik ook. Het werd me pas meer duidelijk toen ik naar het voortgezet onderwijs ging en nog later, toen ik studeerde. Ik zag om me heen hoe Jan en alleman kon doen en laten wat ze maar wilden, waar ik altijd rekening te houden had met mijn afkomst. Dat is er bij mij met de paplepel ingegoten. Gedraag je keurig, zorg dat niemand iets op je aan te merken heeft, zorg dat je niet betrapt kunt worden op stuntelige acties. Dronken worden kon ik niet, hoe graag ik het ook wilde. Ik herinner me nog goed dat ik me ooit een keer aangeschoten heb gevoeld toen er bij een opening van het één of ander champagne geschonken werd. Het waren broeierige weersomstandigheden en dat ene glas sloeg in als een bom. Ik hoorde de stem van m’n ouders in m’n achterhoofd: “Gedraag je, laat het niet zien, zorg dat niemand iets op je aan te merken heeft!” en zo goed als ik kon heb ik dat ritueel uitgezeten. Maar je kunt je voorstellen dat ik blij was dat ik thuis was en daar m’n ingehouden lach kon laten gaan! Ja… ik heb het heus niet altijd leuk gevonden om prinses en koningin te zijn. Ik hou me voor dat het vooral voordelen heeft. Ik hoef nergens in een rij te wachten bijvoorbeeld… en aan Airmiles sparen doe ik ook niet.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten