Als levenslust blijheid en opgewektheid betekent, dan ben ik
bij tijd en wijlen zeer levenslustig en door de bank genomen gewoon gewoon, met
uitschieters de andere kant op. Het is vooral de laatste paar maanden zoeken
geweest naar mijn levenslust, want die ben ik in het voorgaande jaar wel uit
het oog verloren. Hoewel ik me gelukkig mocht prijzen met drie gezonde en
bloedmooie zonen, vóelde ik het niet als zodanig. Zoals ik zoveel niet voelde
zoals tevoren.
Mijn levenslust wordt gevoed met een senang gevoel over
mezelf en dat is na m’n derde zwangerschap nog niet teruggekeerd. Soms lijkt het net of ik me een roes bevind.
Mist om me heen, een wazig gevoel… Het is er wel, maar was ík er werkelijk bij
met m’n volle aandacht en m’n levenslust? Nee. Ik vrees van niet. Ik leef op de
automatische piloot.
M’n levenslust wordt ook gevoed met dansen en zingen. Qua
zingen kom ik wel aan m’n trekken. Als ik m’n huis doorga met een stofzuiger
en/ of emmer met lekker ruikend sop, zit m’n iPod in m’n oren en blèr ik mee
met m’n repertoire. In de auto zing ik ook, samen met m’n jongens. Maar
dansen?? Dat is echt al heel erg lang geleden. Nog ver voor m’n derde zwangerschap.
En dat voor iemand die gemiddeld eens in de maand de boel op stelten zette in
een dansgelegenheid is dat een tekort in het voedingspatroon.
Het hangt allemaal met elkaar samen.
Ik werd ouder. Ik word ook ouder. Ik word anders. M’n
levenslust-tank moet gevuld worden, dat lijkt me duidelijk. Maar de manier
waarop dat gebeurt, is aan veranderingen onderhevig. Ik ben bezig te ontdekken
hoe, wat, waar en wanneer. Eén ding is voor mij alvast duidelijk: aan zingen
alleen heb ik niet genoeg!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten