Mijn
lief en ik boekten een vakantie naar Rhodos, Griekenland. Onze oudste en toen
nog enige zoon ging met ons mee. Hij was nog net geen twee, dus we hoefden voor
hem alleen maar administratiekosten te betalen. We checkten in op Schiphol, we
namen plaats in het vliegtuig, ‘we were almost ready for take off’ toen er een
stewardess op ons af kwam lopen en ons vroeg naar onze zoon. “Heeft hij de
waterpokken?”, werd ons gevraagd. “Euhm.. nou.. ja.. maar het ergste is
voorbij…”, antwoordden wij enigszins verbaasd. De dienstdoende arts van
Schiphol bleek onbereikbaar, waardoor er geen doktersverklaring opgemaakt kon worden
en voor de veiligheid van alle andere passagiers werden wij het vliegtuig
uitgezet. Onze koffers werden tevoorschijn getoverd, we werden terug gebonjourd
naar de wachtruimte voor de slurf en dat was het einde van onze vakantie. We
gingen niet. Dat was behoorlijk schakelen. Het gevolg? Ik was boos, heel boos.
Ik voelde me onmachtig, gefrustreerd en onrechtvaardig behandeld. Het meeste
pijn deed het me mijn zoon te zien. Hij stond tegen het raam geplakt en zag ons
vliegtuig wegrijden, naar de startbaan. Toen het vliegtuig uit ons zicht
verdwenen was, vroeg hij ons: “Vliegtuig, waar ben je nou?” Daar stond
hij dan. Gekleed in een rood t-shirt met daarop een vliegtuig. Al weken beetje
bij beetje voorbereid op een vakantie met het vliegtuig. Als ik er aan
terugdenk, kan ik me er nóg kwaad over maken.
Mijn agenda stond bol met afspraken voor donderdag. Toen ik
die dag op kantoor kwam, ging vrijwel onmiddellijk de telefoon. Het was Sandra,
de moeder van Joran. Paniek in de tent, want hij was opgepakt door de politie
en zat in voorarrest. Er moest toen van alles. Ik moest hem bezoeken, ik moest
alle betrokkenen spreken, ik moest multidisciplinair overleg hebben en daarna
moest ik een leesbaar en gedegen rapport schrijven. Dat moest die dag af, want
de dag erna vond er een voorgeleiding plaats. Eén ding was duidelijk: alle
geplande afspraken van die dag moesten worden afgezegd en worden verzet. Dat
was behoorlijk schakelen. Het gevolg? Ik schakelde rustig van z’n drie terug
naar de eerste versnelling, ik deed wat ik moest doen en ik liet me vooral niet
gek maken.
Schakelen… Ik vind het niet altijd even gemakkelijk. Zo lang
ik het gevoel heb er zelf controle te hebben, gaat het me aardig af. Maar als
dat niet zo is, word ik boos. Heel boos. Dan voel ik me onmachtig, gefrustreerd
en soms ook onrechtvaardig behandeld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten