30 september 2012

Fijnproever


Of je me een bord boerenkoolstamppot met brie, salami en walnoten voorschuift, of een zes gangen diner: ik vind het (vaak) erg lekker. Ben ik dan een fijnproever? Nee, volgens mij ben ik meer een Bourgondiër. Ik ben gewoon dol op eten. Ik geniet er van. Ik proef ook wat ik eet. Sommige smaken staan me niet aan – te pittig bijvoorbeeld. Sommige structuren staan me ook niet aan – te vet bijvoorbeeld. Een speklap is niet aan mij besteed. Een gamba, het liefst één die ik zelf nog moet pellen, weer wel. Tuinbonen heb ik zo lang ik op mezelf woon nog nooit gekookt. Asperges met ham, ei en een roomsaus weer wel. Andijviestamppot met uitgebakken spek en een rauw uitje vind ik heerlijk, een bord nasi sla ik liever over.

Als ik uit eten ga, bestel ik graag een voorgerecht en een hoofdgerecht. Al naar gelang hoe het gevallen is, bestel ik ook nog een nagerecht. Ik kom ook graag in restaurants met allerlei kleine hapjes. Tapas bijvoorbeeld, of het ‘all you can eat-principe’ van Chinees/ Japanse restaurants. En doe ik echt exclusief door bij een gerenommeerd visrestaurant te gaan eten, dan laat ik me graag verwennen met een vier, vijf of zes gangen diner.

Bij uit eten gaan, is het voor mij vooral belangrijk dat ik gewoon mezelf mag zijn. Zodra exclusiviteit gepaard gaat met kledingvoorschriften en gedragsregels, wordt er een gevoelige snaar bij me geraakt en eet ik daar liever niet. Het is trouwens ook belangrijk voor me dat er op de kaart van het restaurant voldoende keuze is voor mijn smaak. Ik ben wel eens ergens geweest waar slechts één gerecht me lekker leek. Dat restaurant is daarna nooit meer door me bezocht.

Ik ben dol op eten. Ik geniet er van. Misschien ben ik wel een Bourgondische fijnproever?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten