Van het geven van goede raad heb ik m’n baan kunnen maken,
is dat nou niet geweldig??! Nou nee, niet altijd. Want lang niet altijd wordt
m’n goede raad opgevolgd. Mensen hebben tijd nodig om aan goede raad te wennen.
Mensen hebben het nodig om hun proces in hun eigen tempo door te maken. Mensen
hebben het nodig om van hun eigen fouten te leren. En het meest belangrijke:
mensen pakken goede raad pas op als ze daar zelf aan toe zijn. Als ze
onderkennen dat er sprake is van een probleem en als er begrepen wordt dat door
anders doen ander gedrag volgt.
Het geven van goede raad vergt daarom nogal wat
vaardigheden. En daar heb ik m’n baan van kunnen maken, is dat nou niet
geweldig??! Vaak wel, want ondertussen ben ik best bedreven geraakt in het
geven van tips en adviezen. Ik beheers communicatieve vaardigheden, ik beschik
over een open, geïnteresseerde houding en het lukt me vaak om mensen zich bij
mij op hun gemak te laten voelen, waardoor eventuele schroom al snel als sneeuw
voor de zon verdwijnt.
Momenteel begeleid ik een jongen van bijna achttien jaar,
die gediagnosticeerd is met PDD-NOS (een vorm van autisme). Hij woont in een
boerendorp en laat zich leiden door oudere jongens, die hem voor het karrretje
spannen. Wat hij in zijn schild voert, wil hij niet zeggen, maar het vermoeden
dat het om het koerieren van drugs gaat, is groot. Vanuit zijn stoornis lukt
het hem niet de gevolgen van zijn daden van tevoren te kunnen overzien. Hij is
simpel gezegd een makkelijke prooi. De ouders van deze jongen zitten met hun
handen in het haar. Ze zoeken al jarenlang voor hem naar geschikte hulp en stuiten met grote regelmaat op
bureaucratisch geneuzel. Totdat ze mij troffen. Ik heb het al eens eerder
gezegd: als ik me ergens in vastbijt, laat ik niet meer los. Dat geldt nu ook
voor hem. Vorige week was ik bij zijn ouders en hem op huisbezoek. De wanhoop
van zijn ouders is zo groot, dat ze alles wat ze kunnen vinden aan willen grijpen,
als hij maar geholpen wordt. En daarin heb ik hen voorzien van goede raad, door
ze de vraag te stellen wat het is wat ze het liefste willen: hulp, waarbij hun
zoon thuis blijft wonen, of hulp, waarbij hun zoon het huis uit gaat. Het was
geen gemakkelijke vraag, dat moge duidelijk zijn. Het hielp hen wel een keuze
te maken. Voor zijn bestwil, groei en ontwikkeling kiezen ze voor een
hulpverleningstraject buitenshuis. Ik had ze geen betere raad kunnen geven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten