Zo lang als ik leef, leeft er een centrale verwarming met me mee. Ik ben te
jong om de tijd van houtkachels meegemaakt te hebben.
De centrale verwarming is een ondergewaardeerd element in het gemiddelde
huishouden. Vandaag stond ik blootgesteld aan een niet werkende centrale
verwarming. Gelukkig niet in huis, wel op m’n werkplek in die fantastische
kantoortuin met ruimte voor acht andere personen in de nabije omgeving. Er
waren er slechts twee, het is immers vakantietijd, en die twee wisselden elkaar
ook nog eens af. Qua concentratie zat het qua mensen dus wel goed vandaag. Qua
concentratie qua warmte echter niet. De centrale verwarming deed het (voor de
zoveelste keer) niet. We zitten sinds november vorig jaar in een luxe pand met
centraal geregelde klimaatbeheersing. Zo zijn we er naar toe gelokt, naar die
plek. We zouden het niet meer koud hebben in de winter en we zouden niet meer
smelten in de zomer zoals in het voormalige pand. Niets is minder waar. De
klimaatbeheersing werkt voor geen meter. Of het komt door eigenwijze collega’s
die tegen de voorschriften in toch de ramen openzetten, of het komt door de
sowieso altijd tochtende ramen, Joost mag het weten, maar we zitten er qua
klimaat net zo slecht bij als in het vorige pand.
Hulde daarom aan onze eigen cv-ketel, die we nog niet zo gek lang geleden
hebben laten vervangen voor een moderner, zuiniger en daardoor goedkoper
exemplaar. We kunnen het ding programmeren naar onze behoeften. Want wat is het
een zaligheid om na een dag kou kleumend werken thuis te komen in een
temperatuur van twintig graden!!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten