Voor mijn baan bij de Jeugdreclassering spreek ik geregeld
in het openbaar, zij het in een relatief kleine samenstelling: één of drie
kinderrechters, een Officier van Justitie, een griffier, een advocaat, een
zittingsvertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming, de jongere om
wie het gaat, diens ouders, de parketpolitie en eventuele toehoorders. Tijdens
een zitting wordt mij gevraagd iets te vertellen over de begeleiding aan de
jongere tot dusver en welk strafadvies de Jeugdreclassering geeft, op basis van
de persoonlijke omstandigheden van de betreffende jongere.
Ik heb het moeten leren. En soms nog.
Als ik in het openbaar moet spreken, merk ik een teveel aan
speeksel in mijn mond. Heel gek, maar het is zo. M’n eerste zinnen zijn ook
altijd met een andere stem, een andere toonhoogte. Ik hoor het. En pas na een
keer of twee drie slikken, hervind ik mezelf en kan dan honderduit praten. Het
lijkt of ik op moet starten. Alsof ik over de schroom van een aanwezige microfoon
en al die luisterende oren heen moet.
Nu is het tijdens zo’n zitting soms ook niet niks wat er
gezegd moet worden. Ik heb namens de Jeugdreclassering de meest lange straffen
voor jongeren geadviseerd en ik kan je vertellen, daar zijn de jongere in
kwestie, zijn ouders en zijn advocaat het bij voorbaat niet mee eens. Je moet van
goeden huize komen om het dan zodanig te formuleren, dat het begrepen en
uiteindelijk ook als straf opgelegd wordt door de rechtbank. Gelukkig kom ik
van goeden huize; de keren dat een advies van onze werksoort niet wordt
opgelegd door de rechtbank, zijn op twee handen te tellen (en ik werk er
inmiddels dik veertien jaar).
Spreken in het openbaar is overigens wel één van de redenen
waarom ik nu (nog) bedank voor de eer om voorzitter van de Ouderraad van de
school van mijn kinderen te worden. Tijdens informatieavonden heb ik gezien dat
er een microfoon aan de beste man werd gegeven en dat er een zaal vol
luisterende oren voor hem stond. Ik zou dat van tevoren moeten weten, ik zou m’n
tekst hebben willen kunnen voorbereiden, anders zou ik mezelf een aantal
momenten lang onzeker voelen, m’n teveel aan speeksel weg moeten slikken om
daarna niet meer te kunnen stoppen.
Wie weet wordt het ooit nog eens een vaardigheid van me?! En
wie weet zie je me dan ergens in het openbaar spreken?
Beste Aline,
BeantwoordenVerwijderenJe bent altijd welkom op één van mijn open trainingen Authentiek Spreken. http://www.theneeds.nl/authentiek-spreken-2/ Velen zijn je voorgegaan. http://www.theneeds.nl/testimonials/ Je hoeft helemaal niets nieuws te leren. Je hoeft alleen maar iets af te leren, waardoor het daarna als vanzelf gaat.
Hartelijke groet,
Piet Hurkmans